Leen en Jeroen veroveren China!
Verslag van de avonturen van Leen Dufaimont en Jeroen Thibaut in China en Thailand. Ter plaatse opgetekend door Jeroen Thibaut voor Webzucht.
Reisverslag China en Thailand 5 september tot 23 november 2003


Intro - 5 september 2003


Het is zover: de splinternieuwe rugzakken zijn volgestouwd met tropenhemden, afritsbroeken, antimuggencreme, een muskietennet, zonnecrème, Wc-papier, ondergoed, wandelkousen, en nog ettelijke kilo's meer.
En toch vreest een mens dat er nog een hoop essentiële zaken niet in de zak zullen zitten. Maar soit, we hebben geld op zak en een vliegticket tot Beijing, dus we laten ons niet meer tegenhouden.

Later vandaag (het is nu nog nacht) vertrekken we om tien uur. Dan gaat het richting Zaventem, van daar het vliegtuig in naar London en dan overstappen naar Beijing (Peking).
Daar hebben we nog zes dagen geboekt in het Shaodong Youth Hostel, maar daarna ligt alles nog open. Gelukkig hebben we nog elf uur vliegen voor de boeg, zodat we alle info nog eens kunnen doornemen en beslissen wat we allemaal willen zien de komende maanden.

We hopen hier af en toe wat nieuws te kunnen posten over onze avonturen in het land van wijlen de Grote Roerganger Mao. Het zal afhangen van de cybercafés te lande en de goesting.

In ieder geval, tot later!
Leen en Jeroen


CHINA

Beijing - 7 september 2003

We zitten in China! Op Zaventem wachtte ons de eerste verrassing: ons vliegtuig via Londen was gecancelled. Help. Gelukkig kregen we van de balie van British Airways snel een vervangvlucht bij Lufthansa. Een zeer goede vlucht trouwens. Prima service (met whisky,wijn, Bailey's en alles wat we wilden.) Iets helemaal anders dan vliegen met Biman.

In Beijing snel ons jeugdhotel gezocht. Een leuke kleine plek met een vlotte service. En een stuk minder duur dan de grote hotels hier rond. Best een leuke stad trouwens, zij het gigantisch groot. Tienanmienplein met reuzengrote portretten van Mao (geen tanks momenteel en we houden ons braaf). In het museum ook een tentoonstelling van kalligrafische werken bezocht. Nog een hapje gaan eten en dan naar ons bed.

Vandaag hebben we meteen een fiets gekocht om ons hier te verplaatsen. Fietsverhuurders waren niet zo makkelijk te lokaliseren (en al helemaal niet met de hulp van de vriendelijke eentalige Chinezen). We vonden een fietsreparatiewinkel die een tweedehandse fiets verkocht, en na flink afdingen hebben we een mountainbike-tandem voor 30 euro die ze binnen vijf dagen willen terugnemen voor 15 euro.
Wij dus met de tandem de stad in. Hilariteit alom. Twee grote blanke vreemdelingen op een gekke fiets. Maar ze lijken ons wel sympathiek te vinden. Of toch tenminste grappig. Per fiets en te voet hebben we vandaag de verboden stad bezocht (het oude keizerlijke paleis), Tienanmien, de meren van Beijing, een prachtig park met tempels en we fietsten ook door de Hutongs, oude wijken met half krottige huisjes, in de stijl waarin het er vroeger allemaal moet uitgezien moet hebben. Deze hutongs zijn zeer snel aan het verdwijnen voor enorme nieuwbouwprojecten. Toen we terug naar huis reden, fietsten we meer dan 30 minuten langs 1 grote werf, allemaal flats van tegen de honderd verdiepingen hoog. Die 16 miljoen mensen moeten natuurlijk ergens leven!
De Chinezen zelf vallen totnogtoe zeer goed mee. Al spreken ze vaak geen woord Engels, ze proberen je toch meestal te helpen. En er heeft nog niemand op onze tenen gespuwd, al scheelt het soms niet veel.



Beijing, Temple of Heaven


Beijing - 8 september 2003

Nog steeds in Beijing. Opgestaan met prachtig weer. Onze eerste opdracht was de fiets te laten herstellen; de pedaal was er al afgefietst. Gelukkig vind je overal fietsmakers op elke straathoek. Vandaag hebben we Beihai Gongyuan,een prachtig park bezocht en het Lamaklooster. Even zaten we in een regenbui, maar tussen de druppels door vonden we ons favoriete dumpling restaurantje. Voor 1,20 euro kun je daar je maagje vullen met Chinees lekkers.

De wegen zijn hier als autostrades; 6 propvolle rijvakken naast elkaar plus nog een extra rijvak voor de fietsers (zo breed als een hele straat bij ons)


Beijing - 9 september 2003

Het internet is hier verschrikkelijk traag en het toetsenbord werkt maar half, dus weer een kort verslag.
Vandaag naar de Grote Chinese Muur geweest. Een prachtige ervaring. We hadden schitterend weer, open blauwe hemel met zon en dus een goed uitzicht. Een echt wereldwonder. Wel serieus stevig werk om te beklimmen. Hellingen tot 70%, dus met beide handen en voeten naar boven klauteren. Vaak ook wat glibberig en met verraderlijke keien.
Het verkeer is ongelooflijk. Blij dat ik niet zelf met de auto moet rijden. Zes rijvakken naast en door elkaar, daartussen fietsen, driewielstrekkarren en ezels en dan maar tutteren dat het een lieve lust is. Maar remmen is voor mietjes.

Vanavond in centrum Beijing nog een hapje gegeten in een klein restaurantje. Geen letter westers alfabet, maar we eindigden met vijf schapenvleesspiesjes, een soort Chinese spinazieschotel met bonen en olie en nog een soort zeer lekkere pasta met saus en ondefinieerbaar vlees. Samen met een pot thee voor 17 yuan (zo'n 85 frank) en overheerlijk.

Vandaag ook nog een show gezien van slangenmensjes en acrobaten. Met 16 op 1 fiets, kronkelen, springen, bordjes draaien, gooien en vangen dat het een lieve lust was. Azzo!



Beijing, Brug


Beijing - 11 september 2003

Eindelijk een beter tikkend toetsenbord en een computer waar een beetje vaart achter zit. We zitten nog steeds in Beijing. We blijven ons ongelooflijk amuseren. Vandaag weer veel rondgefietst met de tandem. We zullen het nog spijtig vinden als we hem weer zullen verkopen. De beleving van de stad is zo helemaal anders als je er op je gemak kan doorfietsen.

Gisteren zijn we naar het zomerpaleis geweest, ietsjes buiten Beijing, dus hebben we maar de bus genomen. We wachtten een half uur aan de bushalte om te ontdekken dat alle bussen wegens werken aan het wegdek vertrokken van een andere halte. HA!
Daarna zaten we een klein uurtje als sardienen in een heet blik geperst naar het paleis. Dat was evenwel prachtig. Het is een park dat op zich bijna zo groot is als Kortrijk, met idyllische vijvers, rotspartijen, heuvels, paleizen, een drakenboot op het meer, prachtige bruggen etc...

We blijven ons ook verwonderen in de Chinezen. Op zich zijn ze tot zover zeer vriendelijk, daarvan geen kwaad woord, maar af en toe moeten we toch kijken. Op kruispunten is het gewoon duwen en vechten voor je leven. Niemand lijkt te kijken of er achter hem nog andere mensen op de baan zijn. Gewoon doen waar je zin in hebt en de anderen zullen wel opletten. Zo komen op kruispunten overal auto's door het rood gereden als je ze niet verwacht. Een vaste regel is alvast dat, als je na de kruising naar rechts gaat, je niet moet wachten aan de rode lichten. Als je dan oversteekt op een wat tragere tandem is dat af en toe schrikken. En niet denken dat ze stoppen.

Vandaag hebben we ook hard gelachen aan de Tientan tempel. Daar is een steen waar iedereen op wil gefotografeerd worden. (Chinezen trekken sowieso twee rolletjes foto's per minuut van zichzelf en hun kroost in steeds dezelfde poses, waarbij ze in een gemaakte houding hun hand op de bezienswaardigheid leggen). Een hele bende dus daar bij die steen. Maar niemand die in een rij gaat staan. Iedereen springt zoveel mogelijk voor de neus van anderen en duwt eventuele concurrentie hard weg. Dit leek nogal een opstakel voor een familie Denen. Telkens ze op de steen wilden gaan staan sprong er een Chinese peetje voor hun neus en duwde ze er weer af. We hebben een kwartiertje kunnen genieten van dit spektakel, tot een Chinees meisje dat ook Engels sprak en medelijden had, er in hun plaats opsprong en ze er dan opliet. Humor, Humor

Gisterenavond zijn we de beruchte Peking Roast Duck gaan eten. Tegen onze gewoonte in een redelijk chique restaurant (waar trouwens voor ons ook nog George Bush, Fidel Castro, Helmut Kohl en vele anderen van deze lekkernij genoten hebben) en ook ons beviel de eende goed. Dunne schijfjes met een sojasausje in een pannenkoekje rollen en dan met de stokjes oppeuzelen. Zeer lekker en zeer plezant.

Vandaag is het grote vollemaanfeest. Wat dat precies inhoudt weten we nog niet, maar de mensen eten hier dan speciale koekjes en dat laten we niet aan ons voorbijgaan.



Pingyao - 13 september 2003

Vannacht met de trein van Beijing naar Pingyao gereden, een klein stadje dieper in het land dat bekend is door zijn oude omwalling die er nog volledig staat. Nog niet ten prooi gevallen aan de moderniseringsdrift van de (post-)communistische Chinezen.
Op de trein heb ik als slecht slaper alweer eens geen oog dicht gedaan. Een slaaptrein is het anders wel best gezellig: een open wagon met coupe's van zes bedjes. In totaal zes keer zes. Dus hoor je wel wat snurkende Chineesjes rondom je. En zelfs de Quies oordoppen van roze was zijn niet bestand tegen het doortastende geslurp van een dorstige theedrinker om vier uur 's morgens. Maar we zijn er geraakt. Het hotel ziet er leuk uit, een oud gebouw uit de Qing dynastie dat sober is ingericht. We maakten al kennis met de plaatselijke gids Li, die ons vanmiddag om drie uur komt ophalen voor een stadswandeling.



Pingyao, straatzicht


Pingyao - 14 september 2003

Het weer in China is nog steeds erg goed. Over de middag doen we vaak een kleine siësta omdat het dan te warm is buiten. De zon schijnt behoorlijk hard en we moeten opletten niet te verbranden. Gelukkig is alles hier ook gebouwd op hogere temperaturen. Hogere huizen, dikke muren en beschaduwde binnenpleinen.
Gisteren zijn we met een gids ook gaan kijken bij verschillende mensen binnen in huis. Mooi om te zien hoe ze hier wonen. Door het historische karakter van de stad zijn er nog veel mooie bewaarde huizen uit de welvarende tijden, zodat mensen vaak nog in hele mooie huizen wonen, zij het vaak met meerdere families samen. Huizen vanbinnen vaak wel redelijk vuil en alles door elkaar. Maar wel knusjes en gezellig. Ook is hier nog geen moderne hoogbouw of functionele communistische rotzooi neergeplant. De hele stad is door Unesco uitgeroepen tot werelderfgoed en is schitterend.
De mensen zijn ook erg nieuwsgierig waar die lange blanke mensen uitkomen en prijzen ons ook voor ons gezonde voorkomen. Onze grootte, Leens blonde haar en mijn bredere schouders wekken veel verbazing. Met de gids als vertaler konden we gesprekken voeren met de mensen op straat en in de huizen, wat zeer leuk was.

Hoewel we nog geen slaaptrein gevonden hebben, vertrekken we morgen naar Luoyang, 792 kilometer naar het Zuidoosten. Het risico bestaat dat we de hele nacht moeten rechtstaan, maar dat zullen we er moeten bijnemen. (Hopelijk niet, want het is meer dan twaalf uur treinen).


Divers - 15 september 2003

Gisteren dronken we groen bier en aten we gebakken pindanoten met stokjes (gelukkig zijn we daarin geoefend). Aan elke ingang van een museum of bezienswaardigheid zitten minstens drie politie-agentjes en een kaartjesknipper. (We hebben een speciaal kaartje dat we tickets kochten als student, maar moeten telkens opnieuw onze studentenpassen tonen). Voor alle taken zitten de chinezen hier trouwens met drie samen. Meestal is er 1 die werkt terwijl de rest toekijkt. Of liever nog:ze discussiëren met drie een vijftal minuutjes tot je boos wordt en gewoon binnenstapt en dan laten ze je binnen zonder iets. Voor ons eten betalen we heden maximaal nog de helft van de prijs op de kaart. Af en toe moet je dan wel rechtstaan en zeggen dat het veel te duur is, maar je kan altijd korting lospeuteren. We hebben nog geen diarree. Chinezen blijven vriendelijk, als je betaalt zelf zeer vriendelijk en onderdanig. Rijst krijg je enkel helemaal aan het eind van de maaltijd of als je er expliciet om vraagt. De gemiddelde oude Chinese vrouwtjes komen tot ongeveer aan mijn navel.



Luoyang - 16 september 2003

Vanochtend weer helemaal afgepeigerd uit de nachttrein gestapt van Pingyao naar Luoyang. Luoyang is een soort van uit zijn voegen gekraakte stad. Rond 1910 woonden hier nog 30.000 mensen, nadat de communisten er een industriestad van maakten wonen er nu meer dan 3 miljoen. Allemaal in grijze woonblokken zonder de minste charme.
We zijn vandaag naar de Boeddha grotten van Longmen gegaan. Daar zijn in totaal meer dan honderdduizend boeddhabeelden uit de rotswanden gehakt. Variërend van twee centimeter tot bijna 18 meter. Dik de moeite. (Ondanks de smog en de hitte die over het land hingen zodat het zweet gewoon van mijn rug in mijn broek liep. Gelukkig zijn er altijd arme Chineesjes in de weer om je water te verkopen op alle mogelijke toeristische plaatsen (en ook al vanaf drie kilometer daarvoor en daarachter trouwens)

Luoyang, Buddha


De voorbije week zijn we al twee keer getuige geweest van hevige vechtpartijen in de Chinese straten. Plots stuiven 2 gasten op van een eettafeltje en beginnen op elkaar te meppen en te schelden. Daarna wordt er gewoonlijk naar elkaar gegooid en gesmeten met alles wat voorhanden is: inhoud van de eetstalletjes, groentekraampjes, de kokende bouillon van een Mongoolse Hotpot... Van het moment dat er geroepen wordt zie je overal mensen hun stalletjes haastig binnentrekken tot het weer wat rustig wordt. In het eerste gevecht werd er ook met literflessen bier op het achterhoofd getimmerd en dan gestoken met de scherpe scherven.
Blijkbaar is kungfu nog niet doorgedrongen tot in China :-) Vandaar dat we morgen maar zelf de bakermat van die vechtsporten gaan opzoeken. We reizen door naar Dengfeng en bezoeken van daar uit de Boeddhistische berg Shaodong en het Shaolin klooster. Dat schijnt wel een gigantische toeristenval te zijn, maar als je net als ik al je hele leven ervan droomt om op elegante wijze mensen in elkaar te slaan, dan kan je dat toch niet later voorbijgaan.



Xi'an - 19 september 2003
Ondanks de mindere verslagen in sommige reisgidsen en van mensen die we tegenkwamen zijn we dan toch naar de Shaolin tempel geweest. Mijn jeugdliefde voor kungfu kon dit niet aan zich laten voorbijgaan. En het was nog leuk ook!
We zijn daar tegen de vooravond aangekomen na een mislukte hotelzoektocht in Dengfeng, waar we normaalgezien zouden blijven slapen. Gezien alles te overboekt of te duur was zijn we doorgereisd naar Shaolin Si en daar gaan slapen op de terreinen van de tempel in een guesthouse. Gezien het al wat later was toen we ons bezoek startten, waren er niet zoveel toeristen. De tempel was zeer mooi en rustig en tot ons plezier waren ze er net een kungfufilm aan het opnemen en stonden er voor de tempel een honderdtal wushu-leerlingen in vol ornaat (zeer blitse pakjes) op commando simultaan kungfumoves aan het maken. Veel koeler dan waterballet.
's Nachts moesten we wel de kevers en muggen van de muur kloppen en was er een muziekgroep een of andere vorm van luidruchtige keelkungfu aan het beoefenen zodat we wat minder sliepen dan gepland, maar het was best wel leuk.

Onderwijl zijn we in Xi'an beland, ooit de hoofdstad van China. Samen met al jullie lieve groeten uit België, heeft ons jammergenoeg ook Belgisch weer bereikt. Het regent nu al voor de tweede dag. De straten liggen onder water (je moet oversteken via kasseien die ze op straat leggen), en de plaatselijke Armand Pien belooft nog niet meteen beterschap. Geniet dus maar van jullie mooie nazomertje.

Morgen staat het Terracotta leger op ons programma en vertrekken we dan 's avonds naar Lanzhou, om vandaar meteen door te reizen naar Xiahe. We zullen weer een slaaptrein nemen, slaapbussen waren niet echt ons favoriet transportmiddel: bedden van 1m40 met hardstalen afrasteringen, 5 uur luid Chinees historisch drama in 10 episodes, overal etende, smekkende, boerende en vooral rokende Chinezen; lakens waar we nu nog altijd naar ruiken.

Zoals Leen het gisteren mooi formuleerde: 'China is een ware aanslag op je zintuigen.'



Xian, Teracottaleger


Xi'an - Lanzhou - Xiahe - Langmusi - 25 september 2003

Het terracottaleger is inderdaad ferm de moeite. Ongelooflijk als je bedenkt dat een of andere keizer daar een volledig leger van een paar duizend soldaten laat ingraven om zijn grafheuvel te beschermen. En ook allemaal zo mooi uitgewerkt. Met persoonlijke gezichten en schoon coeleuren. En voor een keer was zelfs de site mooi gebouwd vonden we. Groot, maar toch redelijk rustig en sereen (en voor een keer werden ook de tempelverkopertjes op afstand gehouden).

De nachtbus naar Lanzhou was weer een ander paar mouwen. Een rottig klein bedje waar zelfs een Chinees van een meter twintig niet in zou passen. Het einde van zo'n bakje is dan ook afgezet met een stalen kooitje, zodat je voeten geperst zitten in een onnatuurlijke plooi en je zenuwstelsel danig op de proef wordt gesteld. Pure horror voor langere mensen.
In ieder geval: we geraakten er, zij het met allebei een ferme verkoudheid door de stevige airco die te pas en te onpas aansloeg.

Al hoestend en sniffelend kwamen we dus in Lanzhou. Een grote stad van een fijne 8 miljoen inwoners of zo. We wilden de bus nemen naar Xiahe, maar dat bleek makkelijker gezegd dan gedaan. We moesten drie maal een bus nemen om het west busstation te bereiken (gelukkig stuurden de bereidwillige officials ons slechts 2 maal verkeerd!). Daar aangekomen werden we gewoonweg verscheurd door de valse busmannetjes die je overal in China aantreft. Door ter terugval van toeristen door SARS waren ze wellicht nog agressiever dan ooit tevoren. Ze besprongen ons met een stuk of dertig en we werden in allerlei richtingen gesleurd en getrokken. Gelukkig heb ik een stevige armslag van al dat zwemmen. En nog gelukkiger kwam ons ten einde raad een Chinees studentje te hulp om tickets te kopen (echte dan). Ook hij werd bijna levend gelyncht omdat hij "rijke" toeristen wou helpen en hun portefeuille behoedde van de aasgieren. Maar goed, we haalden het.

Xiahe was een ware verademing. Een fijn dorpje op 2980 meter hoogte met wat boeddhistische kloosters rond en een fantastisch uitzicht. Toen we na een rit van zo'n 6 uur aankwamen was het al goed donker, maar toen we opstonden zagen we ons door ons raam ons fantastisch uitzicht over de bergen. Gewoonweg heerlijk na al die drukke (en vaak lelijke) steden.

Xiahe, Blazersensemble


We zijn hier drie dagen gebleven, klooster bezocht (waar onder andere een stiekem genomen film door een Nederlander door de oplettende monniken prompt tot moes werd gestampt). Ook een bergwandeling en rond het meer gewandeld. Het slijm loopt nog steeds als een Chinese waterval uit onze neus, maar we voelen ons OK.

Heden zijn we aanbeland in Langmusi. Na een verschrikkelijke en slopende rit van 8 uur bereikten we dit dorpje in de bergen (ongeveer 3300 meter hoog). Dat gaat zo: je zit (alweer) in een ongelooflijk klein zeteltje, waar niemand in kan (ook de Chinezen niet) zodat je de hele tijd met een scheve rug zit te huilen van de pijn. Het parcours is een kruising tussen een bergwegeltje, een moeras en een motorcrossparcours waar zelfs Stefan Everts van terug zou deinzen. Gebroken komen we aan in Langmusi. We logeren in Langmusi Binguan. Gister iets gaan eten in het beruchte Lesha's cafe. Heerlijk en erg goede sfeer.

Vandaag zijn we nog een ander berucht fenomeen gaan bezoeken: een skyburial-plaats. Sommige boeddhistische mensen laten zich hier na hun dood niet begraven of cremeren. Er is een aangepaste oplossing. Het lichaam wordt naar een berg gebracht achter het klooster. Daar wordt het in stukken gesneden. De schedel en beenderen worden met stenen verbrijzeld en vermengd met bloem. Daarna is het de beurt aan de gieren. Die blijken met een hele troep zo'n lichaam in een vijftal minuutjes te verorberen. Nu waren er geen ceremonies, maar we bezochten de plek. Een zeer mooie bergwandeling eindigde op de plaats waar alles gebeurt: er lagen nog roeste messen en bijlen, bloem en natuurlijk de onvermijdelijke resten mens: kaakbeen, een volledig afgekloven hand, een stukje ruggengraat...
Afijn, gezien de gieren al boven ons begonnen te cirkelen zijn we maar weer afgedaald om een lekker (vegetarisch) hapje te gaan eten in de stad. (hoewel er geroemde schotels met Yak-vlees zijn).


Langmusi, straatzicht


Morgen gaat het verder naar Zoige en de dag daarna door naar Songpan. Goed voor nog eens tien uur bussen (aargghh!). Afstanden zijn hier sowieso nogal relatief. We reizen hier soms 800 km op een nacht, soms ook honderd kilometer op 7 uur. Grappig is dat je hier gewoon doorreist van het ene dorp naar het andere om het een dagje te bezoeken, terwijl je afstanden aflegt die je anders pas overweegt al je daar een maand op vakantie gaat. We zijn ondertussen al een keer of drie van Kortrijk naar de Provence gereden wat afstanden betreft. En we gaan verder.

We gaan hier het internetcafé verlaten, want het geluid is hier niet te harden. Overal rondom ons zitten boeddhistische monniken in hun rode gewaden ultragewelddadige spellen te spelen op het internet. Bloed spat bijna van hun schermen af. Bommen ontploffen in mijn oren. En zoals altijd in China staat het volume op 11.

Tot slot alweer een quote van Leen die China wel goed beschrijft: "China is een prachtig land, alleen jammer van de Chinezen"



Songpan – Chengdu - 30 september 2003

De laatste nacht in Langmusi brak plots een hevig onweer los. Donder, bliksem en stevig uit de kluiten gewassen hagelstenen geselden het stadje. Een bijkomend probleem was dat door de extra nattigheid, de rivier nu ongeveer door de opengebroken straten van Langmusi liep en er in de wijde omgeving geen bussen meer door konden. De modder is dikwijls bijna een meter diep en her en der zie je vastgelopen bussen en vrachtwagens.
Gelukkig hadden we de avond voordien een vrolijke internationale bende onder Australische leiding ontmoet en konden we na wat geregel met hun twee gecharterde minibusjes mee. Dat was ook nogal een feest door de modderpoelen en rotsblokken, maar we zijn er doorgeraakt. 11 uur later stonden we -alweer met een gebroken rug, blauwe zitbeentjes en dubbelgeplooid staartbeentje- in Songpan.

In Songpan in de openbare douches (door gebrekkige waterleiding en elektriciteit meestal geen douches in de hotelletjes) door onoplettendheid even mijn portefeuille kwijt geraakt, maar gelukkig snel teruggekregen. Natuurlijk deskundig geript van de Chinese briefjes, maar er zat niet zoveel in en we waren blij dat het internationaal paspoort terug in ons bezit was, want zonder papieren kom je hier geen meter vooruit.
We deden een trekking per paard door de bergen hier. Een prachtig uitzicht. 's Avonds ontdekten we dat de gidsen onze tent ongeveer in de rivier hadden opgezet. Het was namelijk plots weer beginnen regenen en de rivier was nogal aangezwollen. In de tent liep dus gewoon water. Ook liep de tent vrolijk in. Er waren wat takkebossen gelegd om ons wat droger te leggen, maar dat was een schaarse hulp. Gezien we nog wat verkouden waren van de airco zagen we dit niet zo zitten. Onze drie Chinese compagnons evenmin. Een en ander leidde ertoe dat we 's nachts met de paarden onder een prachtige sterrenhemel naar huis trokken. Ik heb nog nooit zo'n mooie hemel gezien. Leen en ik lagen beiden achterover op ons paard te genieten van het spektakel. Rond een uur of elf zijn we dan opgepikt door een truck van een wegenwerker. Dan nog een half uurtje in een zware Chinese DongFeng truck met volle sjette door de bochten tot in het stadje.
Heerlijk.


Songpan, zicht op de bergen in de mist


Een korte sleepover in Juizaigou nationaal park bracht ons naar Chengdu, een stevig uit de kluiten gewassen stad. We zijn hier nu aan het optrekken met onze nieuwe Chinese vrienden Jerry, Molly en Wang. Ze verzorgen ons perfect en nemen ons mee naar leuke restaurants en zoeken met ons naar een betaalbare opleiding in acupressuur of moxa-therapie.
Nu komen we net terug uit een restaurant waar we een soort van Hotpot aten. Een grote ronde wok-achtige pot op een open vuur midden in de tafel met daarin twee compartimenten: een met een bouillon en een met een zeer pittig chilipeper-mengsel. Waar wij thuis voor een spicy schotel een half pepertje gebruiken dreven er hier een 100-tal rond, met daarbij nog een hele pot peperbollen. De Chinezen van Sichuan (provincie waar we nu zijn) kunnen er redelijk probleemloos van eten, maar als wij onze stukjes zelfs maar vluchtig doopten in dit hellemengsel, stond onze mond al meteen deftig in lichterlaaie.

Het weer is hier een beetje wisselvallig omdat de stad in een dal ligt tussen bergen die de wolken vasthouden, maar echt regenen doet het toch niet. Wel nog lekker warm. (in berggebieden tegen Tibet zoals Xiahe en Langmusi is het 's nachts wel koud en vriest het of hagelt het in plaats van regenen.
Eten is hier lekker goedkoop (ons record is heden een halve euro voor twee potjes rijst). Meestal een Euro of twee voor ons twee samen voor een volledig maal.


Chengdu - 3 september 2003

We zitten nog een beetje op het gemak in Chengdu; hoofdstad van Sichuan. Een provinciestadje van een slordige 11 miljoen inwoners (ze zijn wel niet zo heel groot). We dronken al liters thee in de zalige theehuisjes hier. Van onze Chinese vriendjes hier leerden we dat daar ook een koekje en een stukje cake bij hoort.
Intussen is ook de week nationale vakantie van China begonnen en het is er aan te zien. Overal lopen nu wel tien keer zoveel mensen rond. Vandaag staan we weer in een viertal Chinese fotoboeken. Nogal wat Chinezen willen zeer graag met die grote vreemdelingen op de foto. Vanaf vandaag zijn Leen en ik begonnen om steeds ook zelf lol te beleven aan die foto's. We hebben de meeste groepen een ezelsoor aangenaaid of op het laatste moment een gekke bek getrokken. Zo hebben we er ook nog wat aan.
Er zijn ook alweer een tweehonderdtal foto's op cd-rom gezet, maar nu moet ik nog een internetverbonden computer vinden met een cd-romschijf. De computer van onze jeugdherberg hier durf ik niet goed te gebruiken gezien de cd-writer daarvan gisteren de foto's van Axel en Joke (ook uit België) letterlijk gebrand heeft. Of eerder verast. Toen het schuifje weer open ging viel de cd in gruizelementen op de grond. In een honderdtal stukjes. Afijn, daar heb ik dus geen zin in.


Chengdu, Pittoresk zicht


Morgen gaan we alweer een stukkie verder richting zuiden. Rond het middaguur nemen we de trein naar Kunming. Daar komen we reeds de volgende ochtend aan, na een kleine 20 uur rijden. Vandaar gaat het verder met alweer een bus door de berglandschappen (ditmaal van Yunnan) voor nog eens tien uur. Dan komen we in Dali en gaan we wellicht nog wat verder naar Lijiang. Het blijkt daar namelijk mooi te zijn. Tenandere (*knipoog naar Frank*) ik hoop dat ik wel in staat wal zijn om He Liyi te ontmoeten. Ik heb hem een mail gestuurd en hij wil ons graag ontvangen in Dali. Jammergenoeg blijkt hij al 80 procent doof te zijn, dus of dat een boeiend gesprek wordt valt nog af te wachten. In ieder geval: tegen Chinezen moet je sowieso toch al schreeuwen eer ze je horen.



chengdu, nationale trots: panda


Divers: ondanks de sloten olie die we hier bij onze maaltijden binnen krijgen krijg ik de indruk dat ik hier aan het vermageren ben. Ofwel moet mijn trekkersbroek een slechte elastiek hebben. Onze zoektocht naar een Chinees die tonaal kan zingen is nog steeds vruchteloos gebleven. We weten enkel nog door onze dagboeken welke dag het is. En dan nog maken we fouten.



Lijiang - 7 oktober 2003

Kort bericht. Na een tweedaagse reis per trein, slaaptrein en bussen zijn we in Yunnan aangekomen in Lijiang, een oud stadje. Nogal toeristisch uitgebouwd, maar wel erg mooi. De streek lijkt ook prachtig te zijn: graslanden en daar rond hoge besneeuwde bergen met gletsjers. Vandaag ontmoetten we in het dorpje Baisha een gids die goed Engels spreekt en we gaan morgen met hem mee voor een 4-daagse trekking naar de bekende Tiger Leaping Gorge, en daarna door naar een Tibetaans dorp,
kalksteenrotsen in terrasformatie, een bergmeer en daarna de besneeuwde bergen in. Een aangepaste (snellere) toer voor 4 personen, Wij twee, plus een Brit en een Duits meisje. Met een minibusje dat we delen. We zien er al naar uit, want zo komen we ook verderop nog eens op plaatsen waar we anders niet geraken, en waar tot onze vreugde andere toeristen ook niet zo makkelijk geraken. Hopelijk zijn er iets minder wolken.
Hoewel het weer goed is (vandaag zelfs lichtjes verbrand) blijven de toppen van de hoge bergen meestal een beetje in wolken gehuld. De bergen hier zijn rond de 6000 meter en meer (we zitten nog steeds redelijk dicht bij Tibet)



Lijiang, straatzicht


OPROEP - 7 oktober 2003

Binnen een dag of vijf hebben we een ontmoeting met He Liyi, de schrijver van het boek 'Zoon van China' over zijn leven als Chinees van een minderheid (Bai-Chinees en geen Han-Chinees) tijdens het begin van de eeuw en vooral tijdens de culturele revolutie waarin hij als leraar Engels serieus vervolgd werd in in werkkampen terechtkwam.
Gezien hij grotendeels doof is nu, vroeg hij om al een vragenlijst voor te bereiden die hij dan schriftelijk zou beantwoorden, zodat we niet de hele tijd hoeven te schreeuwen tegen elkaar. Ik dacht: misschien hebben jullie ook wel nog vragen over die periode of over hoe Chinezen leven die je hem wel zou willen vragen. Alle vragen kunnen naar mijn mailadres of in het gastenboek. Dan stel ik ze aan He Liyi als we hem zien.




Lijiang, brug en zicht op de bergen


Shangri-la - 11 oktober 2003

We zijn net teruggekomen van onze vierdaagse trektocht door de bergen van Shangri-La (West-Yunnan op de grens met Tibet). Een heerlijk avontuur. Samen met Peggy uit Frankfurt en Chris uit Oxford een minibusje gehuurd en een gids meegenomen voor vier dagen trekplezier door het Chinese binnenland.
We zijn begonnen met de Tiger Leaping Gorge, waar de Yangtze onder vijfduizend meter hoge bergen tussen de rotskliffen bruist. Een nogal stevige klim, maar wel met prachtige uitzichten. We hadden veel geluk met het heldere weer, zodat we de met sneeuw bedekte toppen van de bergen zagen. Tot mijn grote vreugde kwamen we ook bijna niemand tegen, nu het hoogseizoen wat voorbij is. We sliepen in de Tea-Horse Guest House, waar we een zeer vriendelijk en warm onthaal kregen, en een kamer die rechtstreeks uitkeek op de bergen. En ook op de metershoge cannabisplanten die tot aan ons raam groeiden. Geen wonder dat we steeds de breedste glimlach kregen van de dienstertjes.


Bergen rond de Tiger Leaping Gorge


Na twee dagen klimmen en trekken gingen we verder naar Baishuitai, waar water met nogal veel kalk zorgt voor spectaculaire terrasvorming. Je krijgt een soort van kalkterrassen met daarin helder blauw en groen water dat naar benden stroomt. Daarna alweer hogerop langs de Tibetaanse grens, waar het landschap ook nog getuigt van het Tibetaans verleden van deze streek (voor de annexatie door China). Stevige witte huizen, overal yaks met pluimige staarten en vrolijke vrouwtjes op het land. Nog wat meren, heuvels en holen en tegen donker gaan slapen bij een Tibetaanse familie.
Een nogal curieuze ervaring. Zoals alle andere Tibetanen hadden ze daar een enorm huis neergezet. Dat bleek evenwel binnenin te bestaan uit een drietal kamers en een gigantische living. In die leefkamer in een hoek een groot open vuur met potten er boven en twee banken er langs, in het midden een grote zuil met gebedsvlaggen en voor de rest gewoonweg niets. Een vierkante meter of 120 zonder enige vorm van verdere bemeubeling. Wij dus allen rond het vuur voor een kopje yakboterthee (smaakt naar een soort kruising tussen thee en champignonsoep) en daarna een eenvoudig maal van groenten en rijst.
Nog beter dan de leegheid van de kamer (waar het zoontje van een jaar of 6 intussen met zijn fietsje rondcrosste) was dat er in het hele huis niet eens een toilet was. Gewoon even je broek afsteken in de voortuin of op de oprit. Het leek ook niet echt te hinderen dat je in een yakdrol had gestapt eer je weer binnenkwam, want het huis leek in geen jaren geveegd. Overal waar je aankwam liep je zwarte sporen op. (Toen twee van de vrouwen de ochtend nadien een stukje met ons meereden raadde onze neus dat zij net als het huis al een tijdje geen water meer hadden gezien).
Maar de ervaring was wel super. Zeer oprecht en eens iets anders. We sliepen op een inderhaast samen gesprokkelde hoop doeken en vodden in een hoekje van de grote kamer. 's Nachts was het ferm koud daar in de hoogte (rond de 3000 meter).


Yang Tze rivier bij valavond


Daarna nog Zhongdian doorgetrokken om er het grote klooster (ook Tibetaans) te zien. Best de moeite (al vond ik het Labuleng klooster van Xiahe veel indrukwekkender). Ook nog wat traditionele Tibetaanse pottenbakkunst gaan bezien (donkerzwarte potten en snuisterijen) en dan met een prachtige zonsondergang weer naar Lijiang, waar we nu weer zitten. Morgen nog een dagje rust en dan door naar Dali.



Dali - 14 oktober 2003

Zoals zo te zien een hoop andere westerse toeristen zijn we heden aanbeland in Dali. Intussen zijn we al een beetje hersteld van het vele eten en de stevige portie desserts voor mijn verjaardag zondag. Lekkere pittige curryschotels, rijst, kip met noten en groenten, een warme cola-gember drank, appeltaart, pannenkoek en chocoladetaart, plus een paar cakejes met rode vruchten (die ook nog eens goed bleken te zijn voor je gezondheid).
Vandaag zijn we gaan vissen met een bootje met aalscholvers. Een stuk of 12 van die beesten op de rand van het bootje (of op mijn arm, hoera!) en dan het water in om vissen te vangen. Het was erg grappig om te zien hoe ze rond het bootje door het water kliefden en kleine visjes pakten om die dan te komen afgeven aan de vissers. (niet altijd met evenveel goesting weliswaar). Vanmiddag willen we nog naar een dorpje hier dichtbij, ook aan het grote meer, maar met veel minder mensen in en rond.



Dali, stadspoort


Dali - 15 oktober 2003

Na een paar dagen ongelooflijk goed weer is het nu weer en beetje bewolkt en wat frisser. Hopelijk wordt het snel weer als voordien. Het is een heerlijk gevoel om hier midden in oktober te moeten smeren met faktor 20 om niet te verbranden in de zon. Een beetje extra warmte in het leven kan nooit kwaad.

Gisteren zijn we naar het café van He liyi geweest. Het was een grappige ervaring, zij het niet volledig wat we er van gedacht hadden. In een laatste mail had ik aan de man voorgesteld dat we eventueel in een klasje konden binnengaan om in de les Engels een conversatie-uurtje in te lassen, zodat de leerlingen Engels ook eens konden spreken met mensen die verstaanbaar Engels praten en vragen konden stellen over leven in Europa en het Westen in het algemeen. He liyi, de uitbater van het café had dat persoonlijk geïnterpreteerd en een hoop leerlingen en hun leraars naar zijn café gevraagd. Daar waren wat tafels gedekt met theekopjes, zonnebloempitten, noten en hapjes en twee gekruiste vlaggetjes: de Chinese en de Belgische (met veel geduld op een stuk papier getekend in kleur).
Wij dus in conversatie met de leerlingen. In het begin ging het nogal stroef, wegens de onwennigheid en hun angst om Engels ook mondeling te gebruiken (en eigenlijk ook wel omdat hun Engels niet zo extreem goed was). Maar het vorderde erg gezellig en we hadden vrolijke gesprekken over het schoolsysteem in China, het leven van tieners ginds, welke muziek we mooi vonden en meer van dat. We eindigden met een uitwisseling van emailadressen, om ook eventueel door te geven aan de leerlingen van Leen voor elektronische pennenvriendjes in een ander deel van de wereld. He Liyi zelf bleef wat op de achtergrond. De man ziet er al feestelijk oud uit en is inderdaad nogal zeer doof geworden. Maar vandaag gaan we nog wel eens binnenwippen om onze vragen aan hem te stellen. Een paar beleefde, maar ook een paar persoonlijke waar Chinezen naar het schijnt wel eens door geaffronteerd zouden kunnen zijn. Maar aan wie anders vragen stellen over de vervolging onder Mao, de uitspattingen van het communisme, corruptie in China etc. dan aan een man die vijftien jaar in kampen zat omdat hij toevallig Engels praatte, de taal van de vijand?


He Liyi, de man zelve


Hier in de stad zijn de Westerlingen ook een beetje een bezienswaardigheid. Er zit een hoge concentratie in ons guesthouse, omdat ze hier bijvoorbeeld Engels verstaan en de wensen van de backpackers kennen. Dit is blijkbaar geweten bij de plaatselijke gidsen en een vrolijk gevolg daarvan is dat af en toe een groep van een Chinees of dertig, met gidsje in traditionele kledij het binnenplein komt opgestapt. Met een megafoon leidt de gids de toeristen rond in deze vreemde zoo en als je -net zoals ik hier nu zit te internetten- dan komt er een nieuwsgierige bende van tien man over je schouder meegluren naar al die vreemde tekentjes op het scherm. En dan wijzen ze met de vinger tot op het scherm en lachen ze gemoedelijk.
Afijn, als we zo het toerisme kunnen helpen in China, ons niet gelaten...

Gisteren hebben we met Matt (US) en Toby (NL) nog naar Harry Potter gekeken in een café hier niet ver van. Je kan daar voor 6 frank een dvd huren en bekijken in hun filmzaaltje. Grappig gevoel om in China naar een vrolijke kinderfilm te kijken. Had ik trouwens al gezegd dat ik me wat DVD's heb aangeschaft in het land van de goedkope films? Waar die handel bij ons massa's te veel kost, heb ik er hier een hoop op de kop kunnen tikken voor ongeveer dertig oude Belgische franken. Prachtig. Naar men ons vertelt kom eind volgende week de derde Matrix film hier uit in de cinema, en eind deze week op DVD bij de sjoemelaars. Dan is mijn collectie volledig nog voor hij in België uitkomt.



Yangshuo - 26 oktober 2003

Niet dat we het beu waren in de provincie Yunnan, maar een mens moet blijven bewegen. Na een laatste lekker avondmaal zijn we met de bus naar het nieuwe Dali getrokken waar we de trein namen naar Kunming. Daar kwamen we al aan rond een uur of zes. Na twee uur wachten aan een Youth Hostel kwam een nog naar drank ruikende man leuk vertellen dat er geen plaats meer was in deze herberg. Jozef en Maria dus maar naar een andere plek.
Uiteindelijk kwamen we in een redelijk chique hotel waar we een nachtje bleven (we konden niet meer de zelfde dag doorreizen). Uiteindelijk hebben we wel twee fijne dagen beleefd in Kunming. Mooi weer, niet al te druk en genoten van het leven. Nogal wat geshopt, lekker gegeten en ons haar laten knippen. Zoals ons verteld was houdt dat een entertainmentsessie in van anderhalf uur waarin eerst je hoofd wordt gemasseerd, je haar uitgebreid en lang met allerhande shampoo's wordt gewassen en bewerkt, je haar wordt geknipt en -als je gelukkig bent zoals Leen, en geen lui tv-verslaafd helpstertje hebt zoals ik- ook nog een rug en arm massage. Dat alles voor de gewelddadig hoge som van 75 frank (voor twee). Ik heb dus nu eindelijk weer een kort kopje en Leens blonde lokken zijn ook een centimeter of drie verkort.

Vanuit Kunming vertrokken we per hardsleeper trein naar Guilin. Gelukkig ging de tocht per trein, want het was weer voor een luttele 23 uur. Eigenlijk houd ik nog van die slaaptreinen. We nemen dan meestal de bovenste bedden (anders lopen de Chinezen de hele nacht met of zonder stalen karretjes tegen je benen) zodat we lekker uitgestrekt kunnen liggen. Rechtop zitten kan je daar niet, want zelfs een Chinees slangenmensje zou daar een dubbele hernia van opdoen. Maar dan ga je gewoon beneden in de gang zitten of op het bed van de mensen onder je. In ieder geval: genoeg tijd om eindelijk mijn uiterst saaie Tom Clancy boek uit te lezen zodat die weer om te wisselen is en om kennis te maken met een stel vreemde Britten. Een zeer praatvaardig koppel uit Zuid-Oost Engeland, compleet met tatoeages en eigen ideeën. Maar wel uiterst sympathiek, en ook nog eens leuk om een paar uur door te brengen met een fijne conversatie.

In Guilin meteen op de bus gesprongen voor een anderhalf uur durende rit naar Yangshuo zodat we al bij al toch weer eens meer dan een volledige dag en nacht hebben doorgereisd. Yangshuo is een stad in de provincie Guanxi, iets minder druk dan Guilin en met even mooie uitzichten. De streek is hier bekend voor het Karstgebergte. De hele vlakte staat vol met zeer stijl oprijzende heuvels/bergen. Een uitzicht dat echt zeer Chinees aandoet. Een beetje wat je wel eens ziet op foto's van het mysterieuze China. De bergen zitten af en toe in de mist en verdwijnen naar de horizon toe in steeds lichtere tinten blauwgrijs.
De eerste dag huurden we een fiets en trokken naar de Maanberg. Een stuk karstgebergte met een gat is als een volle maan. Over de 1200 trappen naar boven, maar wel een heerlijk uitzicht als je daar raakt. En door de lastige klim ook geen enkele Chinees meer te zien. Daarna fietsten we nog wat langs de rivier en door de rijstvelden, maar oprukkend duister dreef ons naar een restaurantje in de stad.
De dag daarna ook een tocht gemaakt in een klein verbouwd vissersbootje waar we met drie opzaten voor een tocht van ongeveer vier uur. Wij samen met de Canadese Johanna op het water tussen de bergen. Onwaarschijnlijk mooie beelden. De bergen in reflectie in het water, vissers op vlotten van drie aaneengeregen bamboestokken, zwemmende waterbuffels, bloemen en planten en wuivende bamboebossen, Leen, en vooral ook: alles gelardeerd met een prachtig zonnetje. We kregen van Johanna een parasol en zo zaten mijn kersverse vrouw en ik op de boeg van het schipje, wijdbeens met de ogen op de kim.


Guilin/Yangshuo, de karstbergen vanop de rivier


De dag daarna samen met de bovenvermelde Johanna nog eens een fiets gehuurd en nu verder getrokken langs de Yulong He (grote draak rivier) tot aan een oude brug uit 1412. Maar zoals dat gaat in China is de weg vaak mooier dan het doel. We passeerden talloze boeren op het veld in de rijstpluk en -verwerking, meer buffels en ossen, zeer mooie landschappen etc. Kortom het kon niet op.
Tegen de middag bereikten we de brug en maakten kennis met een meisje dat haar Engels wilde oefenen. Iets later bevonden we ons in hun bescheiden huisje wat verder langs de weg waar ze woonde, samen met haar grootouders en broertje. We babbelden wat en aten een pomelo: grote groene vruchten die hier overal aan de bomen hangen, met een smaak die wat lijkt op een pompelmoes, maar minder scherp en ook met minder sap. Onder andere door het naar Westerse normen nogal gruizig interieur sloegen we het aanbod voor een lunch van de grootmoeder af en fietsten weder naar de stad, opnieuw geflankeerd door duizenden prachtige en pittoreske taferelen.

Hier in Yanshuo zijn we ook weer op onze Amerikaanse vriend Matt Clapp gestoten. We komen die af en toe tegen in China. We zagen hem eerst in Lesha’s café in Langmusi, later in Songpan, daarna nog snel in Chengdu en nu opnieuw hier. Het zijn telkens vrolijke herontmoetingen.
Nota dd 11 december: Matt heeft ook zijn ervaringen over China prozaïsch neergeschrenven op zijn site. (Engels). Hilarisch en zeer de moeite.

Intussen twijfelen we waar we nu verder naar rijden. Meteen naar Shanghai of nog verder exploreren in het Chinese binnenland. De bezoekenswaardige zaken zijn vanaf nu wat minder dik gezaaid en liggen ook zeer ver uiteen. Maar Shanghai is natuurlijk wel weer een trek van 26 uur.



Dierenliefde - 26 oktober 2003

Uw reporter ter plaatse in China kon natuurlijk niet anders dan tussendoor ook op zoek gaan naar de waarheid achter alle geruchten dat Chinezen honden, slangen en schildpadden eten.

Aldus: eten Chinezen werkelijk honden?
Hier in Yangshuo had uw reporter even de tijd om rond te lopen op onderzoek. Eigenlijk volledig argeloos liepen we rond op de groentemarkt. Een vrolijke mengelmoes van kleurrijke kraampjes en stalletjes. Honderden venters nemen elke vierkante centimeter in met groenten, vruchten, zaden en kruiden en allerlei bereide gerechten. Wat verder rieten manden vol haveloze kippen, bakken met water waarin grote vissen met traagzaam happende kieuwbewegingen troosteloos de dood in de ogen kijken, manden met krieuwelende slangen, zeedieren die ik nog nooit eerder zag en tientallen kraampjes waar mannen en vrouwen vaardig dikke flappen rood bloedend vlees in stukken hakken, niet gehinderd door de vliegen die overal over rondzoemen.
Maar geen honden.

Ietwat opgelucht maar toch ook teleurgesteld wandel ik naar de zij-uitgang. Alweer een mythe die niet bevestigd kan worden. En dan zie ik plots een vreemd stukje vlees op een tafel. Een paar ribbetjes (zoals van een lamskroontje) die eindigen in een wit pootje. Hmmm. Wat rondkijkend zie ik wat verder een tafel met nog wat van die kroontjes en dan plots TADAAH! een klein opengereten kadavertje met een duidelijk herkenbaar hondenkopje. En nog iets verder in een donker hoekje zitten, dicht opeengepakt in een roestige kooi, nog een paar soortgenootjes angstig te wachten.

Voor de liefhebbers een kort overzicht:
In een kooi zitten ongelooflijk veel honden dicht opeengepakt samen. Al dan niet met een zware ijzeren klem wordt een hond bij de keel gegrepen en uit de kooi gehaald. Nog angstig blaffend wordt het hondje met een stalen staaf bewerkt. Afhankelijk van de slagvaardigheid van de beul wacht hem een klap op de neus, een dodelijke slag op het hoofd of een gebroken rugje. Na een paar klappen blaft het hondje niet meer. Met een mes wordt snel de keel overgesneden. (Hond is op dit moment nog niet altijd dood). Het bloedend lijkje wordt in een ketel geworpen. Daar gaan twee mannen met grote scherpe messen aan het werk om er al het haar af te scheren. (Waarom is me nog niet duidelijk. Misschien om met een niet gevild lijkje duidelijk te tonen dat het een hond is en niets anders). Daarna gaan de ingewanden er uit via een snee de buikholte. Intussen kijken tientallen andere hondjes met een opvallend snelle ademhaling angstig toe van op de tribunes. Ze zitten letterlijk op een halve meter toe te kijken hoe broer en zus onder het mes tot vrolijke hondskroontjes en sappige filet mignon verwerkt worden.

En op dat moment had uw reporter er even te veel van gezien en verdween snel weer in de coulissen van de fruitmarkt, met een kerende maag maar met een antwoord op een prangende vraag.
Aan de hoeveelheid honden te zien die hier geslacht worden moet er nog redelijk veel hond opgepeuzeld worden in China. Samen met allerlei andere al dan niet beschermde diersoorten. (Tijgerklauwen zijn ons ook al aangeboden).
Update: enkele foto's van de "wet market":


hondenliefde in China

:
hondenliefde in China

:
hondenliefde in China




Yangshuo - 27 oktober 2003

Hier in Yangshuo is het even gedaan met bakken in de zon. Niet dat ze koude Belgische wintertemperaturen hebben (het is hier nog altijd dik in de twintig) maar er hangen grijze wolken en af en toe valt er een druppel. We hebben dus maar tickets gekocht naar Shanghai. We vertrekken morgenmiddag voor een tocht van alweer eens 26 uur op een hardsleeper trein.
Hopelijk kunnen we in Shanghai nog op bezoek bij Jan en Inge . Onze gezamenlijke vriend Peter Guillierme bracht ons nog in Belgie in contact en we zouden daar wel een nachtje kunnen verblijven. Evenwel vertrekt Inge woensdag naar Belgie. Hopelijk lukt het nog net, zodat we de Humo die we nu al twee maanden meeslepen alsnog kunnen afgeven aan de bestemmelingen...



Shanghai - 30 oktober 2003

Na een reisje dat door vertragingen enzoverder 30 uur geduurd heeft, zitten we nu in Shanghai. Na een race met een taxi door de straten van Shanghai konden we nog net Inge zien alvorens zij een kwartier later vertrok naar de luchthaven.
Resultaat is dat we nu in een prachtig huis kunnen overnachten. In een klein steegje midden in Shanghai. Zeer mooi ingericht en meer ruimte dan we al de hele reis gehad hebben. WAW: echt een stuk honeymoon voor ons eindelijk. Een heerlijk huis, een zalige kamer met dubbelbed, een lounge-tv-kamer, fonkelnieuwe en kraaknette badkamer (nog nooit gezien hier!)... Ik denk dat we hier nog een maand of drie blijven :-)



Shanghai, de Bund


Shanghai - 1 november 2003

We hebben een zeer fijne tijd in Shanghai, miljoenenstad aan de kust. Een beetje een New York gevuld met spleetoogjes. Enorme gebouwen, de Pudong wijk heeft wat van Manhattan met het water ervoor. Onze gastheer Jan neemt zijn taak zeer serieus op en verzorgt ons fantastisch. Gisteren zijn we gaan eten met een aantal Vlamingen in Shanghai. Expats die werken voor bedrijven als Philips, Picanol, Alcatel etc. Vandaag met een aantal van hen en de Belgische Consul hier gaan voetballen om de Belgische eer op het veld te verdedigen. Ik ben nooit een echt voetballer geweest en nogal bang van harde leren ballen, maar tegen de agressieve Engelsen heb ik toch enige minuten wat geprobeerd (met een volledig bijeengesprokkeld Rode Duivel pakje inclusief beenbeschermers). Maar wel goed voor de foto's natuurlijk. Enfin 2-0 verloren, maar wel een geestige middag beleefd.

Intussen zijn we ook, na eerdere bezoeken aan de Universiteit voor Traditionele Chinese Geneeskunde in Chengdu en in Dali, nu ook in Shangai les gaan volgen in de Chinese geneeskunde. Hier hebben we dingen geleerd over Cupping en Moxa-branden. Liefhebbers moeten nog even geduld beoefenen en kunnen dan in gespecialiseerde Chinese vingers belanden.

Verder wandelen we hier kilometers af, genieten van de nog steeds warme zon (T-shirt en korte broek), het lekkere eten, en de vrolijkheid die grootsteden met zich meebrengen.

Shanghai - 4 november 2003
Met de hulp van onze fotografen ter plaatse hierbij al reeds drie foto's van het grote voetbalfestijn.
jeroen in actie aan de lijn, Jan en Jeroen, en nog eens Jan en Jeroen in een andere pose.
Voor verdere actiefoto's (tijdens de match zelf) wordt het nog even wachten.


Shanghai - 4 november 2003

Gisteren zaten we in het Museum van Shanghai. Echt een prachtig ding. Hoewel sommige mensen al zeer te spreken zijn over de buitenkant van het gebouw, vind ik daar maar weinig aan. Binnenin is het veel leuker ingericht. Het blijft een museum, maar wel onderverdeeld in handelbare zalen over een viertal verdiepingen. Met voor China een zeer mooie presentatie. Voor een keer bijna evenveel Engelse ondertitels als Chinese, een goede audiotour en niet te wam.
Maar vooral prachtige dingen natuurlijk! Een mooie collectie bronzen beelden, beeldhouwwerken, schilderijen, kalligrafie, Chinese zegels, porselein, meubels, jade, ... met telkens een hoop uitleg en achtergrond.
Als je ziet wat hier al vierduizend jaar voor Christus werd gemaakt en dat vergelijkt met de onhandige pogingen in Europa duizenden jaren later, word je toch wel stilletjes. Geen wonder dat de Chinezen zo'n groot gedacht van zichzelf hebben (al wordt er nu niet meer zo fantastisch veel gemaakt van dat slag - behalve raketten die ze volledig kopiëren van de Russen met 15 jaar vertraging maar er toch zeer trots op zijn). In ieder geval: zeer de moeite. Evenals de rest van de stad, waar je niet snel genoeg van krijgt. Je kan uren rondlopen door steegjes of grote lanen en telkens andere dingen zien. Van mini-huisjes van 15 vierkante meter met aarden grond tot gigantische wolkenkrabbers die ze gewoon overal uit de grond aan het trekken zijn in een tempo dat je niet kan volgen. Zelfs in een week zie je hier de flatgebouwen naar de hemel opstijgen.

Sanghai, skyline van Pudong







THAILAND

Bangkok - 7 november 2003

Omdat we wisten dat we nooit meer zo'n goede opvang gingen krijgen verlieten we met gemengde gevoelens onze gastheer in Shanghai. Maar gezien het daar maar 20 graden meer was (veel te koud voor de tijd van het jaar vonden we) besloten we door te reizen naar Thailand. De vijfde november zijn we hier in het holst van de nacht aangekomen.
Evenwel, toen we uit de hall van de luchthaven kwamen sloeg de hitte met een hamer in ons gezicht. Snel weer die polar trui in de rugzak en door naar de stad. Na een hazenslaapje in een alweer gruizig guesthouse zijn we onze veroveringstocht van Bangkok begonnen. Na drie dagen non-stop tempels binnenvallen, speedboten over de kanalen nemen, heuvels beklimmen en straffe curries eten hebben hier al serieus wat van het erfgoed gezien. Dus hebben we ons in het laatste tempelcomplex dat we bezochten (Wat Po) onszelf een fijne Thaise massage geschonken. Straks, als we dit broeierig hete internetcafé uitkomen gaan we een heerlijk restaurantje zoeken en eens lekker onze papillen verbranden.

Het is hier overdag iets meer dan 35 graden, en 's nachts nog rond de 28. Gelukkig hebben we nu een betere kamer met een airco en een leuk en twintig meter lang zwembad op het dak. Ideaal voor 's avonds als we bestoft en bezweet thuiskomen. (Er is trouwens ook een fitnesscentrum, maar daar blijven we wijselijk buiten. Niet alleen krijg je daar veel te warm van, maar zie dat ik mijn mooie vetbandjes kwijtraak...)
De Thai zij inderdaad veel vriendelijker dan de Chineesjes. Niet dat die laatsten onvriendelijk zijn, maar hier verbetert het toch met factor 100. De tempels zijn prachtig (zij het dat overdaad een nationale deugd blijkt te zijn), we eten van straatstalletjes verse ananassen en mango's om ons te verfrissen, sjezen aan 400 per uur door de stad op gemotoriseerde driewielertjes en genieten volop van onze lange honeymoon. Van alles dus om jullie allemaal lekker jaloers te maken.

Wat ook leuk was: gisteren zijn we voor de lol naar de cinema gegaan. (Matrix III met Thaise ondertitels, maar gelukkig niet gedubd). Na een twintig minuutjes publiciteit stond plots iedereen recht. Eerbiedige stilte. Dan verscheen op het grote scherm "Please pay hommage to his Majesty the King" gevolgd door een korte diashow met foto's van de man terwijl hij olifanten keurde en gehandicapte kindertjes toelachte. Wij dus ook maar recht. Het is ongelooflijk hoeveel respect de Thai hebben voor hun koninklijk huis. Van Rossem kan daar nog wat van leren. Ook in de paleizen van een reeds lang schielijk overleden Rama de zoveelste, word je geacht eerst te buigen voor je koninklijke trap opgaat, te knielen voor de foto, overal op straat hangen reuzengrote posters met de lachende Longkorns op...
Een mens zou zich afvragen wat Albert en Boudewijn verkeerd hebben gedaan.


Bangkok, skyline vanop de rivier


Tot slot kan ik ook melden dat we na de kungfu van China hier ook al genoten hebben van een sessie Muay Thai gevechten (Thai Boksen). In een fantastische arena met grote ijzeren afrasteringen (zoals in de B-films van J.C. Van Damme) samen met honderden zwaar gokkende mannetjes en in het midden twee gespierde kereltjes die elkaar met vuisten, hielen, scheenbeen, knieën, ellebogen en andere harde uitsteeksels bewerkten tot klonters bloed en bloederige tanden (vrij naar Aeneas).
Tot zover alweer de poëtische ontboezemingen van uw redacteur in de tropen.



Bangkok - 8 november 2003

We zitten nog steeds in de hoofdstad van Thailand. De warmte blijft ons behaaglijk omhelzen en de stad heeft nog vele omgevingen die we nog niet gezien hebben. Op zoek naar nog meer spectaculaire dierenverhalen zijn we deze morgen op bezoek geweest naar de Chattuchak markt waar naar traditie nog hanen- en vissengevechten zouden plaatsvinden. We zagen wel verdacht veel opgefokt uitziende hanen en meer vissen dan ik ooit samen gezien heb, maar hier vloeide geen bloed over de vuile betonvloeren. Maar het bleef een maffe ervaring. Een paar vierkante kilometer volgestouwd met kraampjes die gewoon alles verkopen waar je maar aan kan denken van prullaria en namaakspullen tot prehistorische dieren die er uit zien alsof ze al lang uitgestorven hadden moeten zijn. Van die laatste veronderstel ik dat ze speciaal gekweekt worden voor de hier nog talrijk aanwezige Chinezen, die een voorkeur hebben voor onderdelen van bijna uitgestorven diersoorten, waarmee ze zalfjes maken voor het verhelpen van diverse erectiele dysfuncties.


Bangkok, Wat Po


Vanavond vertrekken we met de nachttrein naar het noorden van Thailand, waar we ons dichtbij Chiang Mai zullen terugtrekken in de Tao Garden, voor een weekje kuren en verdere opleiding in traditionele geneeswijzen. We gaan hier nogal bezig geweest zijn met helende technieken, maar het is eens wat anders dan het beruchte Thaise sextoerisme niet?


Chiang Mai - 12 november 2003

We zijn net vanuit de Tao Garden Health Resort teruggekeerd naar Chiang Mai, ooit de hoofdstad van Siamese koninkrijken uit vervlogen tijden. Ons verblijf in Tao Garden was een fijne ervaring. Niet alleen is het een beetje de hoofdschool van onze Belgische school waar we al drie jaar ingeleid worden in traditionele Chinese geneeswijzen en taoïsme, maar ook een heus ontspannnigs- en verzorgingscentrum. 25 kilometer van de stad ligt het in een door groen omzoomd gebied, met eigen organische fruitgaarden en groentetuin. Inclusief tennisvelden, badminton, zwembad... Het klimaat is hier nog overheerlijk om te genieten van een openluchtzwembad. We lopen hele dagen rond in short en topje en ik moet weer opletten om niet te verbranden. In tegenstelling tot in Bangkok koelt het hier 's avonds wel een beetje af (al blijft het nog steeds weer voor de short en het T-shirtje en is er voor de mango- en papayabomen geen gevaar voor nachtvorst!
We hebben nogal wat behandelingen ondergaan (Thaise massage, shiatsu, ayurvedische massage, karsai nei tsang ... ) en natuurlijk weer een hoop bijgeleerd. Los daarvan was het ook super om 's morgens op te staan, in mijn zomerplunje naar het fruitontbijt te lopen, wat te pingpongen en badmintonnen met Leen, wat zwemmen om weer wat af te koelen, een behandeling te nemen en zo verder. Een mens zou er weer vrolijk en fit van worden. De bancaire donkere wallen onder mijn ogen verdwijnen weer langzaam uit mijn gezicht.

Voor we naar huis komen hopen we nog lessen Thaise massage en een curus Thais koken te volgen, want zoals de Dalai Lama in een dronken bui zei: "De liefde van de man gaat door de maag". Jammergenoeg begint onze tijd hier op te raken en komen we binnenkort alweer naar huis.


Chiang Mai - 15 november 2003

Thailand is een prachtig land. We worden er echt vrolijk van: heerlijk weer, vriendelijke en grappige mensen, lekker eten, mooie natuur, honderden tempels, olifanten, ... Ondertussen hebben we al een tiental Thaise gerechten leren klaarmaken (curries, spring rolls, kokossoep, pad thai, enz). Ook hebben we nog een extra les gevolgd bij een kokkin thuis om mijn nieuwe favoriete dessert te leren maken: Sticky Rice met Mango en kokosroom. Zeer plezant. Samen met haar in de keuken geraspte kokos persen met de hand, mango's schillen en rijst stomen. Een zeer vrolijk vrouwtje met drie meisjes die rondfladderden en tips gaven.


Chiang Mai, het goud van Doi Suthep


Ondertussen zijn we ons ook aan het verdiepen in de wonderen van de Thaise massage . Vreemde stretches, gewaagde technieken en diepgaande fricties. Onze leraars zijn zeer opgetogen met hun leergierige studenten. In het begin stonden ze nog wat kritisch tegenover onze vraag voor aangepaste gevorderde lessen, maar intussen is er een goede wisselwerking. Niet alleen leren we Thaise massages, we tonen ook alternatieve stretches uit onze shiatsu achtergrond en we hebben de leraar van de reflexologie op aanvraag behandeld voor een pijnlijke schouder. Hij was aangenaam verrast en zo dankbaar voor de hulp, dat hij ons meteen een behandeling aanbood.
Waar we natuurlijk gewillig op in gingen.



Chiang Mai - 16 november 2003

Meer nieuws uit ons opleidingsplan: intussen zijn we officieel gediplomeerde therapeuten Thaise massage en Herbal Treatment. We doorstonden met glans de proeven. Geïntrigeerd door de positieve ervaringen van de leraars wou ook de directeur (en stichter van de school) door ons behandeld worden. Wat prompt gebeurde, begeleid door goedkeurend gekreun en felicitaties na de behandeling.


Bangkok - 19 november 2003

Lap! het is zover; onze reis door de Aziatische heerlijkheden is voorbij. We hebben natuurlijk nog goed afscheid genomen van het mooie Thailand.

Naar goede gewoonte in leuke zonnige landen hebben we ook hier een scooter gehuurd om overal naar toe te sjezen. Niets zo leuk dan in de avondzon op de scooter door de zwoele zomerlucht te glijden en te gaan en staan waar je wil. Voor 100 frank heb je hier zo'n machine voor 24 uur ter beschikking. Daar koop je nog geen 50 gram geraspte wortels voor bij traiteur Maes op de Grote markt in Kortrijk.
Maandag zijn we vroeg vertrokken om naar een olifantenkamp te gaan. De zon gaf al goed feute, maar het was nog lekker fris onder de bomen. In het Mae Sa kamp hebben ze rond de 75 olifanten, die getraind zijn om hout te slepen door de wouden en ook wel om toeristen te entertainen met showkes als voetbal en schilderijen maken. Die laatste waren trouwens best wel mooi, tegen alle verwachtingen in. Je ziet dan een grote kolos van een paar ton met een grote penseel in zijn slurf geconcentreerd kleurige lijnen zetten op een groot blad. Er zit blijkbaar veel beheersing in zo'n lange neus want na een tijdje verschijnt een heel boeket bloemen op het blad. Onderhoudend om gade te slaan.
Na ons grote plezier op olifant Suzy in het Harry Malter Park wou ik absoluut nog eens op zo'n woudreus rijden. Olifanten bewegen rustig hun poten, maar het gaat op een of andere manier wel serieus rap vooruit, zonder veel schokken (dankzij de schokdempers in hun dikke poten denk ik). Wij dus voor een half uur door de onbetreden jungle op de rug van een 27-jarige dikhuid in zo'n opbindbalustrade waar de tijgerjagers in pleegden te zitten. De maagdelijke jungle was voornamelijk een platgetreden pad langs de rand van het kamp, maar dat kon onze pret niet bederven.

In de sfeer van beestjes kijken stopten we wat verder ook nog in een slangenboerderij om adders te zien melken, een cobra over de buik te wrijven (voor levenslang geluk) en een oversized python in onze nek te leggen. De cobra aanraken was nog een van de leukste dingen. Zeer grappig gevoel. Soort van glad en toch droog, geolied en toch schubbig, fris maar toch lauw gevoel. Gewapend met meer geluk dan we op een dag opkonden trokken we verder.

Nog een serie van tien watervallen meegepikt als extra onderweg (waar we prompt geript werden voor een halve kilo geraspte wortelen in een bekende traiteur in Kortrijk. Maar als je net met een cobra-streling levenslang geluk hebt binnengehaald kijk je natuurlijk niet op een baht meer of minder). Op naar een gezellig restaurant om onze laatste avond in Chiang Mai af te sluiten. Na wat twijfelen besloten we naar de Riverside te gaan, niet zo verwonderlijk gelegen langs de rivier, met sfeervolle verlichting, teaken stoelen en een live band. Honeymooners in volle actie.

Een moment van twijfel rond de echtheid van de konginscobra brak aan. In een startmanoeuvre gecombineerd met een 180 graden draai schoot de scooter op het achterwiel, slingerde over de weg en knalde in een afrastering. Leen op de grond, Jeroen nog slingerend aan de hendels om het onding neer te krijgen. Wat nog net lukte, alweer aan de overkant van de straat. Nog voor ik de tijd had om te gaan kijken naar Leen, stonden al tien mensen op straat en drie seconden later was een ambulance ter plaatse.
Twee honeymooners met loeiende sirenes naar het McCormick hospitaal. Gezien Leen de scooter tijdens de klap in haar buik had gekregen besloten we haar maar te laten onderzoeken. Een mens heeft een reisverzekering voor iets. Op het eerste gezicht geen ernstige zaken, al werd ons aangeraden om waakzaam te zijn voor mogelijke verwikkelingen. Intussen blijkt alles OK te zijn, al mag ik haar maag even niet meer als boksbal gebruiken tijdens mijn avondlijke energieboost.

Gisteren nog snel (met de scooter uiteraard, we hadden immers een cobra aangeraakt) naar Doi Suthep gereden om de gouden pagode te bewonderen. Daarna weer als een wervelwind naar beneden van op de top van de berg, motor af en versnelling in neutraal. De benzine was bijna volledig op en ik wilde de reeds vermelde slang niet te veel op de proef stellen. Om vier uur waren we verwacht bij de kokkin waar we de mango met kleefrijst hadden leren maken, omdat ze ons nog graag eens wilde terugzien eer we vertrokken naar huis. Ze had een lekkere Pad Thai voor ons gemaakt.

Na een kort maar vrolijk maal vertrokken we per taxi naar het station voor alweer de laatste nachttrein van deze reis: Chiang Mai - Bangkok. En hier zijn we dan weer in de hoofdstad van Thailand voor onze laatste dag op tropische bodem. Vannacht om 00:50 vertrekt onze vlucht naar het kille Helsinki. En daar zien we dan wel weer verder.



Kortrijk - 23 november 2003

Dankzij de positieve vibes van de koningscobra zijn we zonder al te veel luchtzakken en thermische incongruenties in het Finse en daarna in het Belgische luchtruim geraakt. In de luchthaven werden we, zoals alle grote sterren, opgewacht door een wilde horde fans. Deze namen ons mee voor een fijn ontbijt in Zaventem zelf en dan naar huis. Daar meteen in een weldoende douche om de twee voorgaande slapeloze nachten weg te spoelen. Ondanks de felle koude alhier lijken mijn poriën nog steeds Chinese geuren uit te zweten. Dus zijn we vandaag maar eens goed gaan soppen in het zwembad van St-Kathelijne Waver.




Kortrijk, Broeltoerens


Financieel verslag

Ik heb even mijn boekhouding van tijdens de reis overgezet in Excel, zodat ik wat formules kon loslaten op ons uitgeefgedrag in die verre oorden. Ik ga hier natuurlijk niet onze hele interne fiscale keuken aan je neus hangen, maar voor de geïnteresseerden toch enkele leuke kerncijfers. (voor de inleefbaarheid is alles in oude Belgische franken)

Om te beginnen onze gemiddelde dagelijkse kosten tijdens de reis:
China: 628
Thailand: 1381
Dit zijn bedragen per persoon per dag, exclusief vlucht naar China en terug naar België en zonder souvenirs, maar inclusief al de rest.
Niet dat Thailand zo extreem duurder is, maar we hielden daar een beetje een honeymoon, wat weerspiegeld wordt in de prijzen.
Voor de geïnteresseerden: een vlucht heen en terug naar China met British Airways kost ongeveer 23000.


Financiën


De grootste kosten op onze reis:
Hoewel we in China nooit binnenvluchten namen, en kozen voor de goedkopere treinen en bussen is transport daar toch de grootste slokop: 29 procent van het budget. Dit heeft natuurlijk ook te maken met het feit dat we nogal stevig doorreisden om zoveel mogelijk te zien en het feit dat China iets groter is dan ons dierbaar België.

Tweede kostenpost is eten en drinken, met 17 procent, op de voet gevolgd door overnachtingen met 14 procent. Als je ons gemiddelde dagelijkse kosten kent, zie je dat je, voor ongeveer 106 frank, drie maal per dag kan eten, met af en toe een kleine verwennerij. Onze goedkoopste maaltijd was rijst tijdens de pauze van een busreis: 4 frank de man.
Doorrekenend voor de overnachtingen leren we dat een klein hotelletje gemiddeld 175 frank kost (voor een tweepersoonskamer). Je kan nog een stuk goedkoper natuurlijk, maar we kozen voor tweepersoons met meestal eigen badkamer, zij het dat we serieus aan de afdingsport meededen en de goedkopere huizen zochten (zonder te vervallen in broeihaarden van pest en kakkerlakken). Onze goedkoopste kamer kregen we voor 80 frank voor twee personen.
Internetgebruik voor het schrijven van de webzuchtverhalen, opzoekingen en e-mail kostte in totaal ongeveer 250 frank, wat gezien de gespendeerde uren waarlijk een batje was.

In Thailand zijn de kosten zoals vermeld wat anders gespreid. Daar spendeerden we 26 procent van ons budget aan “activiteiten”, voor een groot stuk geleid door onze opleidingen Thaise massage en Thais koken.
Eten en drinken, vervoer en overnachten scoren allen ongeveer 13 procent.

Na deze bedenkingen ben ik best wel tevreden over onze budgettaire acties. Het betekent met name dat je naar China kan vliegen, daar drie maanden serieus rondtrekken en massa’s bezoeken en dan terugvliegen naar België voor in totaal nog geen 80.000 frank. En daar heb je dan wel drie volle maanden voor. Dat is nog eens wat anders dan een lang weekend aan de kust of een hippe skidriedaagse voor 30.000 flappen.
Leen en Jeroen veroveren China!


Kopierecht behoort Jeroen Thibaut -- 2003

Reisverslag van China en Thailand, met teksten door Thibaut Jeroen

.



geprint onder het goedkeurend oog van Webzucht